Het wintervoer zit weer in de bakken.
Bij mij is dat 2/3 voordelige basismengeling, aangevuld met 1/3 gerst en/of paddy. De duiven zitten weer strak en bij de meeste duiven is de laatste slagpen weer halverwege ingegroeid. De afgelopen dagen ben ik weer begonnen met het loslaten van de duiven. Met de duivinnen in de ren ging het makkelijk.
Op het vlieghok, waar de doffers zitten, met ruim de helft jaarlingen, kostte het moeite om ze voorzichtig naar buiten te dwingen. Ze waren het, na ruim 6 weken binnen zitten, een beetje kwijt en vooral de jaarlingen, die uit de duivinnenren naast het vlieghok komen, durfden niet meteen naar buiten en door de dringers weer binnen te komen. Maar nu na drie dagen oefenen loopt het als een trein. Met de duivinnen ging het makkelijker, omdat die zitten in de ren waar ze als jong uitgewend zijn en gewoond hebben.
Omdat ik maar één actieve antenne heb onder het linker invliegraam van het vlieghok, is meteen die ingang de enige die gebruikt gaat worden. Door deze ingang worden de duiven van twee afdelingen in het seizoen geconstateerd, dus daarom moet dat vanaf nu ook. Voorzichtig werd het buiten zijn weer verkend en van training is nog geen sprake, maar vanaf nu gaan doffers en duivinnen om de dag los en zullen ze zeker weer gaan trainen
Omdat er in het hok nogal een muffe lucht hing met een wat hoge relatieve luchtvochtigheid werd het helemaal leeg en schoon gemaakt. Het oude stro eruit, stofzuigen en uitbranden was de eerste remedie. Toen het stro eruit was bleek dat er onderaan de voorkant van het hok vochtproblemen waren. Onder de ramen van de halfsteensmuur van de voorkant, werd het aan de buitenkant schoongemaakt, kapotte voegen opnieuw gevoegd en een paar dagen later opnieuw geïmpregneerd.
Door de hygrometer en de lucht in het hok werd duidelijk dat de kwaal voorlopig voorbij is. Maar het blijft wel een aandachtspunt.
Paratyfus is in deze tijd altijd een gevaar en moet ook altijd een aandachtspunt zijn. Ik kreeg een wake-up call van een bezoeker en na zijn bezoek staat er weer een frisse kuur in de kelder.
Het enige verstandige wat ik over paratyfus kan zeggen is, dat je altijd medicatie in huis moet hebben. Voor 62 euro ben ik weer twee jaar klaar en ik hoop dat ik het niet hoef te gebruiken. Daarna moet er weer een nieuwe komen. Er zijn vele meningen over hoe om te gaan met paratyfus. De een zegt kuren, de ander zegt enten en weer een ander zegt kuren en enten en dan ook meerde keren per jaar. Weer een ander -en niet de minste- zegt: altijd waakzaam zijn en als je het aantreft: kuren! Niet één maar minstens twee weken. Daarom staat er bij mij die uitgebreide kuur in de kelder.
Als je het aantreft, is makkelijk gezegd maar hoe zie je het? Er zijn een aantal verschijnselen zoals ik ze ken, die op paratyfus duiden. Als je er één of meerdere aantreft dan moet je wat doen. Ontlasting op kweek wegdoen heeft geen zin, omdat een negatieve kweek helemaal niets zegt. Alleen een positieve kweek geeft uitsluitsel. De verschijnselen die op paratyfus wijzen zijn: slechte bevruchting of slecht leggen van eieren, afgestorven en niet uitkomende jongen in het ei. Maar dit zien we allemaal niet als het wintervoer in de bakken zit. Het invallen van de rui is een beruchte tijd. Andere signalen, die je nu wel kunt zien zijn: buispennen, een hangende vleugel met soms een zwelling op een van de gewrichten. Mank lopen door gezwollen gewrichten aan de poten. Lusteloosheid en niet goed vliegen, scheeftrekken of niet willen vliegen. Ook een belangrijk signaal is knijpen met de oogleden. Dit duidt op pijn en spierpijn. Heel soms zie je duiven met een paratyfus besmetting in de hersenen of het hersenvlies. De meningiale vorm. Dan zie je paramixo achtige verschijnselen zoals mispikken van het voer, scheef of omgekeerde kop, omvallen en schuwheid. Daarbij vaak mager worden. Mager worden is een verschijnsel dat je bij alle vormen kunt zien. Duiven met paratyfus presteren meestal slecht en blijven makkelijk weg
Paratyfus is een sluipmoordenaar, die jaren onder de oppervlakte kan liggen - zonder problemen- en naar boven komt bij weerstandsvermindering door een slechte vlucht, de rui of bij het grootbrengen van de jongen. Alles opruimen, hok ontsmetten, een tijdje leeg laten staan en dan opnieuw beginnen, is een rigoureuze remedie uit vroeger tijden, die eigenlijk nergens op slaat. Want wie zegt dat je het niet zo weer krijgt? Er is geen garantie. Dan is kuren, enten en kuren denk ik de beste manier. Maar zolang ik niets zie blijft die kuur in de kelder staan om hem te gebruiken zodra ik een of meer van bovengenoemde signalen zie.
Slechte mest is ook een signaal maar dit vind ik een van de minst betrouwbare, want slechte mest kan vele oorzaken hebben. Als ik nu op mijn eigen hok kijk en de mest zie is het hopeloos…………… De reden is dat jonge en oude doffers bij elkaar zitten en alle beschikbare broedhokken op half staan. Verder zijn er geen zitplaatsen. Zo is het de bedoeling dat alle doffers een eigen broedhok c.q. zitplaats veroveren. Dit heeft nogal wat schermutselingen en vechtpartijen tot gevolg. Dat is de oorzaak van die smerige en dunne mest in de zitplaatsen. Dat is alweer wat aan het voorbij gaan.
Het is dus niet altijd een ziekte, die oorzaak is van bepaalde ziekteverschijnselen.
Wat krijgen de duiven verder te eten behalve bovengenoemd wintervoer: grit met roodsteen, mineralen (Vi- spu- min en mineral) en 2 keer per week andijvie en of snijbiet zolang de voorraad strekt. En een bad als ze buiten zijn, wat dat gaat niet binnen als je stro op de vloer hebt.
Schoon water krijgen ze in het vliegseizoen elke dag en nu in de winter wat minder regelmatig en wat vaker bijvullen met de gieter. Dit heeft te maken met de temperatuur (en het gemak ).
Over stro op de vloer de volgende keer.
Reactie plaatsen
Reacties